Selecteer een pagina

Sinterklaas klonk telkens anders. Steeds weer anders.
Zijn liedjes niet. Nee, die klinken ieder jaar hetzelfde, eind november – begin december. Kleine kindjes vinden ze soms zo mooi en kunnen zo apetrots zijn op het feit dat ze ze goed kunnen zingen, dat ze ze zelfs in de zomer van het jaar nadien plots terug beginnen te schallen! En o jee als ze met zo’n liedje in hun hoofd zitten: dan kan dat wel even duren…. 🙂

“Sinterklaas kapoentje, leg wat in mijn schoentje”.

“Zie ginds komt de stoomboot”.

“Zwarte Piet, wiedewiedewiet, ik hoor je wel maar ik zie je niet”. Haha, so what? Ik vond dat als kind een grappig liedje. Ik vertrouwde mijn oren wel dus ik zou er wel voor zorgen dat ik zwarte Piet gespot had als hij kwam, wees maar zeker… àls hij kwam tenminste want we wisten nooit precies wanneer en of dat zou gebeuren.

Kom maar binnen…

“Sinterklaasje, kom maar binnen met je knecht”. Kom maar binnen? Als er iets is van uit mijn Sinterklaasmemoires dat ik bijna zeker weet, dan is het wel dat hij dat thuis nooit ofte nimmer deed waar wij bij waren. Nooit!
Enkele dagen voor zijn verjaardag lagen mijn broer en ik keihard de liedjes te zingen in ons bed, in de hoop dat Sinterklaas het zou horen, recht door onze schouw boven de open haard.
En ja hoor, op zes december lag er een verrassing bij onze schoen: Lego, een babypop, een boot, een trein met echte rails en bruggen, een gezelschapsspel, een knikkerbaan, mijn favoriete muziekcassette…

Maar binnenkomen? Nooit!
Als we vermoedden dat hij er aan kwam, holden wij zelf zo vlug als we konden naar binnen… helaas: we waren altijd net te laat! Net!

Het speelgoed zingt, praat, glittert, vliegt, …

Alles evolueert. Niet alleen zien de zwarte Pieten er dit jaar een beetje anders uit, ook de schouwen om door te kruipen zijn niet meer wat ze waren.

Zou Sinterklaas te kampen hebben met stress- of burn-out klachten? Hoeveel keer per dag wordt hij gefilmd met security camera’s? Staat hij in de file, vastgereden en misleid door zijn gps die niet wist dat er wegenwerken waren?

Ook het speelgoed dat hij uitdeelt, verandert voortdurend. Het begint steeds vaker vanzelf te praten of geluid te maken als je er nog maar naar wijst! Onlangs nog was ik op zoek in de winkel naar iets gewoons om aan een kindje cadeau te doen. Volgens mij is gewoon speelgoed waar kinderen lekker creatief mee kunnen spelen, een curiosum aan het worden… Leve het fantasiespeelgoed dat zo eenvoudig-leuk is dat kinderen er langer dan een maand interesse in hebben 🙂

Hoeveel van ons speelgoed wordt trouwens nog steeds in het zuiden geproduceerd, in schrijnende omstandigheden gemaakt door hardwerkende kinderen (bij wie Sinterklaas natuurlijk nooit langskomt)?

Overal tegelijk

Wat me op een gegeven moment toch begon op te vallen, was dat Sinterklaas met gans zijn entourage (zwarte Pieten en paard inbegrepen) zo gemakkelijk overal tegelijk scheen te zijn, zomaar ineens. Bizar!

Dat ze overal verschijnen, lijkt me iets wat nog helemaal niet veranderd is, integendeel. Ik hoor kinderen opgewonden (of soms zelfs op een toon waaruit de grootste vanzelfsprekendheid klinkt) vertellen waar de Sint allemaal voor hen komt: thuis (of thuis en thuis), op school, in de jeugdbeweging, bij oma en opa, in het buurthuis, in de leefgroep, in de speelgoedwinkel, bij K3 en co, ja, zelfs op het werk van hun ouders…

Drukke tijden…

Zelf herinner ik me ook veel Sinterklaasfeestjes:

Ik weet nog hoe we met alle kinderen van de lagere school naar de grote zaal gingen waar Sinterklaas zou komen. Daar keken we lang naar uit! Het was spannend! Zou hij iets vragen? Iets over me weten? Wat zouden we krijgen? Zou het ons lukken om de picknickjes te vangen die rondgestrooid werden door Zwarte Piet?

Geschreeuw, gejoel, zingen met vele kinderen tegelijk, marsepein, Sinterklaaskoeken met warme chocolademelk. Gezellig! En nadien: allemaal doodmoe…

Die lange baard…

Sinterklaas wilde altijd dat ik voelde hoe hij eruit zag. Zo onwennig en raar. Ik voelde anders nooit hoe mensen eruit zagen en ik betastte zeker geen gezichten! Toch wilde de Sint het me altijd tonen: die mijter, de staf en vooral: zijn lange, rare baard. Ik werd er doodverlegen van!
Hij mompelde altijd in die baard, murmelde zo’n beetje tussen zijn lippen alsof die baard ook in zijn mond zat…

Hij klonk, hij klonk…

Het allervreemdste vond ik toch… hoe zal ik het zeggen? Het was iets in zijn manier van praten, zijn accent, zijn stem. Het klopte niet. Hij praatte alsof hij moeite moest doen om zo laag en zo traaaaaaaaag en zo oud te klinken. Soms klonk zijn stem nochtans best jong!
Af en toe sprak hij met een rollende rrr… een andere keer dan weer slikte hij zijn rr weer in.
Als we op TV keken naar hoe hij in Antwerpen arriveerde, praatte hij met een totaal ander accent dan als hij naar Brugge kwam. Kon hij zich zo goed aanpassen aan de plaatselijke bevolking?

Tja, er zijn heel veel voorstanders en heel veel tegenstanders van het feit dat de Zwarte Pieten er dit jaar anders uit zien dan vroeger.
En Sinterklaas dan? Die zàg er misschien wel steeds hetzelfde uit, hij klonk toch echt altijd anders… al jarenlang, heel divers.
PS Ook typisch voor deze Sinterklaasperiode (november – december) is wat ik eergisteren meemaakte op weg naar de kookles: ik liep op de hoek van een straat ineens met mijn gezicht in een… kerstboom. Een scherpe, naaldige verrassing begin december! Het is extra goed opletten geblazen de volgende weken want er volgen er vast nog!

 

 

Pin It on Pinterest

Share This